De CAPWAP-configuratie opnieuw instellen op IOS en ClickOS AP’s

Inleiding

Dit document beschrijft hoe u handmatig statische configuratiegegevens op Cisco IOS® en ClickOS Access points (AP’s) kunt instellen of resetten.

Voorwaarden

Vereisten

Cisco raadt kennis van de volgende onderwerpen aan:

• Basiskennis van de configuratie van CAPWAP-AP’s en Cisco wireless LAN-controllers (WLC)

• Basiskennis van het CAPWAP-protocol (Control and Provisioning of Wireless Access Points)

Gebruikte componenten

De informatie in dit document is gebaseerd op de volgende software- en hardware-versies:

• Cisco 5520 WLC met firmwarerelease 8.8.111.0

• Cisco AIR-CAP3702I-E-K9 Series AP

• Cisco AIR-AP4800-E-K9 Series AP
• Cisco 9800-CL waarop firmware-release 17.6.3 wordt uitgevoerd

De informatie in dit document is gebaseerd op de apparaten in een specifieke laboratoriumomgeving. Alle apparaten die in dit document worden beschreven, hadden een opgeschoonde (standaard)configuratie. Als uw netwerk live is, moet u zorgen dat u de potentiële impact van elke opdracht begrijpt.

Conventies

Raadpleeg Cisco Technical Tips Conventions (Conventies voor technische tips van Cisco) voor meer informatie over documentconventies.

Het AP handmatig configureren

In een nieuwe installatie, wanneer AP geen WLC door de ontdekkingsalgoritmen kan vinden, kunt u de informatie statisch configureren die nodig is om zich aan te sluiten bij een controller via de consolepoort en de AP Command Line Interface (CLI). Raadpleeg Lightweight AP (LAP) Registration to a Wireless LAN Controller (WLC) (Registratie van lichtgewicht AP (LAP) naar een wireless LAN-controller (WLC)) voor meer informatie over de WLC-detectiealgoritmen en het LAP-registratieproces.

U kunt de volgende CLI-opdrachten in de EXEC-modus gebruiken om de statische informatie op een AP handmatig te configureren via de AP CLI-interface:

• Voor Cisco IOS-gebaseerde AP’s:

AP#capwap ap ip address <IP address> <subnet mask>

AP#capwap ap ip default-gateway <IP-address>

AP#capwap ap primary-base <WLC-sysname> <IP-address>

AP#capwap ap secondary-base <WLC-sysname> <IP-address>
   (optional)
AP#capwap ap hostname <name>
  (optional)

• Voor op ClickOS gebaseerde AP’s:

AP#capwap ap ip <IP-address> <subnet mask> <default-gateway> [<dns1-ip-address> <dns2-ip-address> <domain>]

AP#capwap ap primary-base <WLC-sys-name> <IP-address>

AP#capwap ap hostname <name>
  (optional)

Opmerking: U moet deze opdrachten uitvoeren in de enable-modus. Het standaard enable-wachtwoord is Cisco. De statische informatie die met de CLI-opdrachten is geconfigureerd, wordt door het toegangspunt gebruikt om zich bij een controller aan te sluiten. Nadat het toegangspunt zich bij de controller heeft aangesloten, kan de gebruiker via de controller nieuwe instellingen op de LAP configureren.

Zet de lichtgewicht configuratie op het toegangspunt terug

Wanneer u uw AP naar een andere locatie in uw netwerk verplaatst en de AP zich niet kan aansluiten bij de vorige WLC, of als u de AP handmatig opnieuw wilt configureren om zich aan te sluiten bij een andere WLC, moet u de nieuwe controller informatie invoeren om uw AP in staat te stellen te associëren met een andere controller.

AP opnieuw instellen via AireOS of Catalyst WLC

Naast de voorgaande methoden kunt u de configuratie van het LAP ook opnieuw instellen via de WLC. Wanneer het LAP is geregistreerd bij de controller, kunt u de volgende opdrachten gebruiken om de configuratie van het LAP opnieuw in te stellen vanaf de controller:

• Gebruik de opdracht om alle standaardconfiguraties van hetclear ap config <ap-name> keep-ip-config toegangspunt uit te schakelen, behalve de statische IP-configuratie van het toegangspunt.

• Gebruik de clear ap config <ap-name>  opdracht om alle standaardconfiguraties van het toegangspunt te wissen, waaronder de statische IP-configuratie van het toegangspunt.

AP opnieuw instellen via CLI

Log in op de AP-console-modus in de privilege exec-modus om deze methode te gebruiken:

• Voor Cisco IOS-gebaseerde AP’s:

AP#clear capwap ap ? 
 all-config <-- if you need to reset AP to factory default (this command causes system)
 controller <-- if you need to clear static configuration for WLC IP address (this command may cause termination session to WLC and new DTLS handshake)
 dot1x <-- if you need to reset dot1x credentials for AP authentication
 hostname <-- if you need to reset AP host name config 
 ip <-- if you need to remove static IP configuration on AP. (this command may cause termination session to WLC and new DTLS handshake)

• Voor op ClickOS gebaseerde AP’s:

AP#capwap ap erase ?
 all <-- Erase all AP config (this commands causes AP to reboot)
 static-ip <-- Erase static IP/DNS config (this command causes termination session to WLC and new DTLS handshake) 

AP opnieuw instellen met de Reset-toets

Om deze methode te kunnen gebruiken, moet u fysieke toegang tot het toegangspunt hebben. Het proces is hetzelfde voor Cisco IOS en ClickOS AP's.

1. Schakel de stroomtoevoer naar het AP uit.
2. Houd de knop Mode op het toegangspunt ingedrukt en geef het toegangspunt de voeding.
3. Houd de knop voor de modus 20 seconden of langer ingedrukt.

• Op Cisco IOS-gebaseerde AP’s:

IOS Bootloader - Starting system. 
flash is writable
Tide XL MB - 40MB of flash 
...
button pressed for 22 seconds

• Op ClickOS gebaseerde APs:

AP#Button is pressed. Configuration reset activated.. 
Keep the button pressed for > 20 seconds for full reset 

Wait for the button to be released .... 
Button pressed for 22 seconds

De reset-knop uitschakelen op het AP dat bij de controller is geregistreerd

Gebruik de volgende CLI-opdracht om de reset-knop op het AP dat bij de controller is geregistreerd uit te schakelen:



(Cisco Controller) >config ap rst-button disable <AP NAME>

Probleemoplossing

U kunt deze debug-opdracht gebruiken op een LAP met een consolepoort om problemen met betrekking tot IP-adrestoewijzing op te lossen:

• Op Cisco IOS-gebaseerde AP’s:
  
  • debug ip udp



• Op ClickOS gebaseerde APs:
  
  • debug dhcp events
  • debug dhcp errors
  • debug dhcp packets

Opmerking: als het toegangspunt geen consolepoort heeft, is het nodig om een bekabeld snuifspoor te volgen van de poort waar de LAP is aangesloten om te zien welke pakketten worden ontvangen en verzonden naar de LAP.

U kunt deze debug-opdrachten gebruiken om het detectieproces te monitoren via de CLI van de WLC:

• Op Cisco IOS en op ClickOS gebaseerde APs:
  • debug capwap client events
  • debug capwap client errors

  • debug capwap client detail